null

De Wet versterking volkshuisvesting: wonen en zorg verbonden via het volkshuisvestingsprogramma

Zorg is nauw verbonden met wonen. Zie bijvoorbeeld deze column van mij waarin ik dit toelicht. De koppeling tussen de twee dossiers wordt steeds nadrukkelijker. In deze blog wordt ingegaan op de laatste ontwikkelingen en worden tips gegeven hoe hiermee om te gaan.

Wonen en zorg in verdragen, de Grondwet en andere wetten

Wonen is een basisbehoefte. In verdragen is het recht op wonen vastgelegd. In Nederland klinkt het door in de Grondwet, die de overheid de plicht geeft voldoende woongelegenheid te bevorderen. De Grondwet regelt ook dat de overheid maatregelen treft ter bevordering van de volksgezondheid. Die beginselen worden in wet- en regelgeving uitgewerkt en komen dan ook vaak weer samen.

Bijvoorbeeld in de Woningwet. De doelgroep voor woningcorporaties omvat onder meer personen met een indicatie op basis van de Wlz, personen die verpleging krijgen op basis van het Besluit Zorgverzekering, en personen die worden gehuisvest op grond van een indicatiebesluit op basis van het (oude) Zorgindicatiebesluit.

Bij zorgverlening is een dak boven het hoofd en de eigen leefomgeving belangrijk. De Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015) regelt dat de ondersteuning van de zelfredzaamheid en de participatie van personen met een beperking, chronische psychische of psychosociale problemen, erop gericht is dat burgers zo lang mogelijk in de eigen leefomgeving kunnen blijven.

Een koppeling van wonen en zorg is ook te zien bij de verdeling van woonruimte. Op basis van de Huisvestingswet moet in de gemeentelijke huisvestingsverordening worden geregeld dat mantelzorgers voorrang krijgen voor een huisvestingsvergunning.

Samenwerking bij wonen en zorg in de praktijk

In de praktijk zie je daarom dat woningcorporaties en zorginstellingen vaak samenwerken. Bijvoorbeeld bij beschermd wonen, waarbij zorginstellingen zowel huisvesting als zorg bieden. Vaak huren zij van woningcorporaties. Soms als tussenoplossing. Als de begeleiding naar het zelfstandig wonen voldoende is gevorderd, stapt de zorginstelling ertussenuit. Er ontstaat een huurovereenkomst tussen de woningcorporatie en de cliënt, die dan huurder wordt. Soms is er doorstroom naar een andere woning, vaak van een woningcorporatie.

Gemeentelijk beleid

Op het gebied van de volkshuisvesting en dat van de volksgezondheid hebben gemeenten een belangrijke positie met het maken van beleid. Voor het wonen is dat de woonvisie. Voor de zorg is dat onder meer het Wmo-beleid. De wet regelt nog niet een koppeling tussen de twee gebieden. Vanwege de nauwe verbondenheid tussen het wonen en de zorg klinkt de laatste jaren steeds vaker de roep om de dossiers samen te nemen via een woonzorgvisie.

De wooncrisis en de Wet versterking regie volkshuisvesting

Vanwege de wooncrisis is dit in een stroomversnelling terecht gekomen. Sinds zijn aantreden is de minister van Volkshuisvesting en ruimtelijke ordening aan de slag met beleidsnota’s. Die komen nu samen in een recent in consultatie gebracht wetsvoorstel dat verschillende wetten met elkaar samenbindt: de Wet versterking regie volkshuisvesting. Als deze wet van kracht wordt, verandert er veel. Het wetsvoorstel neemt het omgevingsrecht als uitgangspunt, dat binnenkort sowieso al fors wordt veranderd met de Omgevingswet. Die zal per 1 januari 2024 van kracht worden en regelt het gebruik van de fysieke leefomgeving.

Het volkshuisvestingsprogramma: wonen en zorg komen erin samen

Het idee is nu dat het beleid op de verschillende deelgebieden van het wonen en de zorg een basis krijgt in een door gemeenten verplicht op te stellen volkshuisvestingsprogramma op basis van de Omgevingswet. In dat programma moeten gemeenten de woonbehoeften en –opgaven van de aandachtsgroepen en ouderen in kaart brengt. De verbinding moet worden gemaakt tussen wonen, zorg en ondersteuning. Onder aandachtsgroepen wordt onder meer verstaan

  • mantelzorgverleners- en ontvangers;
  • mensen met een lichamelijke, verstandelijke of zintuigelijke beperking of psychische kwetsbaarheid;
  • uitstromers uit intramurale zorginstellingen (maatschappelijke opvang, opvang van slachtoffers van geweld in huiselijke kring/ ‘vrouwenopvang’, opvang van slachtoffers van mensenhandel, beschermd wonen, instellingen voor klinische geestelijke gezondheidszorg en forensische zorg, instellingen voor jeugdzorg);
  • woningzoekenden na detentie;
  • (dreigend) dakloze mensen;
  • stoppende sekswerkers;
  • statushouders;
  • arbeidsmigranten;
  • studenten;
  • woonwagenbewoners; en
  • ouderen.

Veel groepen dus, die zowel een thuis als zorg behoeven. De gemeente moet in het volkshuisvestingsprogramma de randvoorwaarden opnemen die zij nodig acht voor het goed kunnen wonen van inwoners die zorg en ondersteuning behoeven.

Participatie en inspraak en koppeling van dossier over wonen en zorg

In de Omgevingswet is inspraak en participatie een belangrijk onderwerp. Ook voor de input van het volkshuisvestingsprogramma moeten gemeenten zorgaanbieders, zorgkantoren en woningcorporaties betrekken. Er komt een koppeling met het Wmo-beleidsplan. Het volkshuisvestingsprogramma wordt ook de basis voor het maken van prestatieafspraken tussen gemeenten en woningcorporaties. En er komt een verband met de verdeling van woningen op basis van de Huisvestingswet. De huisvestingsverordening is nu nog optioneel voor gemeenten, maar wordt verplicht. De eerder in deze blog genoemde aandachtsgroepen zullen urgentiecategorieën worden voor het verkrijgen van een huisvestingsvergunning.

Het voorgaande biedt slechts een kort inkijkje in de plannen met het wetsvoorstel. De kans is groot dat het wetsvoorstel kracht van wet krijgt. Er zal dan een wettelijke basis worden gelegd onder de realiteit dat wonen en zorg met elkaar verbonden zijn. Ook zal wettelijk geregeld worden dat woningcorporaties én zorginstellingen al betrokken worden door gemeenten in de fase van de beleidsvorming. De woon- en zorgdossiers zullen door gemeenten in samenhang bezien moeten worden. Overigens is onduidelijk of de wetgever ernaar streeft in de Omgevingswet per januari 2024 ook het wetsvoorstel Wet versterken regie volkshuisvesting mee te nemen, maar het is niet uitgesloten.

Complexiteit: een uitdaging

Een basis voor het koppelen van wonen en zorg in de Omgevingswet lijkt logisch. Huisvesting begint met de mogelijkheid woongelegenheid te realiseren. Een nadeel kan wel zijn dat door de complexiteit de kwaliteit van het beleid er onder te lijden heeft. Een uitdaging dus voor alle betrokken.

Kansen voor zorginstellingen en woningcorporaties

De realiteit is nu al dat de workload voor gemeenten groot is. Die zal nog groter worden. Daar liggen kansen voor zorginstellingen en woningcorporaties om de handen ineen te slaan. Dat gebeurt nu in de praktijk ook wel, maar niet op structurele basis. Zorginstellingen en woningcorporaties kunnen in een vroeg stadium invloed uitoefenen op het gemeentelijke beleid voor wonen en zorg en de gemeente helpen om de juiste keuzes te maken over de behoeften. Omdat zorginstellingen en woningcorporaties de nodige deskundigheid in huis hebben, kunnen zij in een vroeg stadium eraan bijdragen dat goede beleidskeuzes worden gemaakt.

Begin nu al met overleg en afstemmingsafspraken

Een wet die dat regelt is handig. Maar ook nu zijn daarvoor mogelijkheden. Zorginstellingen worden in de Woningwet niet genoemd als partij bij prestatieafspraken met woningcorporaties, maar zij hebben wel belang bij die afspraken. Woningcorporaties hebben evenzeer belang bij de zorgplannen van gemeenten. Het is goed daar nu al nog nadrukkelijker mee aan de slag te gaan en bijvoorbeeld te beginnen met overleg en afstemmingsafspraken op basis van de tezamen in beeld gebrachte lokale woon- en zorgbehoeften.

Voor meer informatie en ondersteuning kunt u contact opnemen met Michael de Groot, advocaat volkshuisvestingsrecht.