Belangenverstrengeling bij rechtspersonen
Recent stond advocatenkantoor De Brauw in de belangstelling wegens belangenverstrengeling of de schijn van partijdigheid. De Brauw verrichte intern onderzoek naar overtredingen door de NS, terwijl zij tegelijkertijd, op eenzelfde gebied, de belangen van NS verdedigde in een geschil met de ACM. Zij was dus gelijktijdig intern onderzoeker en (huis)advocaat, waardoor er mogelijk sprake was van belangenverstrengeling. De kwestie roept vragen op over wat onder belangenverstrengeling wordt verstaan en hoe men zich daartegen kan beschermen. In deze bijdrage ga ik in op de bescherming die de wet biedt middels het leerstuk ‘tegenstrijdig belang’.
Belangenverstrengeling en tegenstrijdig belang
Belangenverstrengeling duidt op een situatie waarbij iemand meerdere belangen dient, die een zodanige invloed op elkaar kunnen uitoefenen dat zijn integriteit ten aanzien van het ene of het andere belang in het geding komt. Zo is er bijvoorbeeld sprake van belangenverstrengeling wanneer een bestuurder diensten inkoopt bij een bedrijf waarin hij grootaandeelhouder is. Evenwel is het belangrijk om je te realiseren dat belangenverstrengeling lang niet altijd tot problematische resultaten hoeft te leiden. Het is immers goed denkbaar dat de verschillende belangen parallel aan elkaar lopen en er dus een optimaal resultaat wordt nagestreefd.
In tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht volgt bescherming jegens belangenverstrengeling niet expliciet uit de wet, behoudens zeer specifieke uitzonderingen. De wettelijke bescherming bij rechtspersonen op dit gebied is dan ook beperkt. Hoewel de term belangenverstrengeling an sich niet voorkomt in het ondernemingsrecht, zijn er voor statutair bestuurders - en sommige toezichthouders - van rechtspersonen wettelijke voorschriften die beschermen tegen een bepaald type belangenverstrengeling: het ‘tegenstrijdig belang’. Let wel, buiten die (specifieke) bepalingen geeft het ondernemingsrecht geen expliciete bescherming jegens belangenverstrengeling. Bij schade kan er achteraf soms wel aansprakelijkheid volgen op grond van onrechtmatige daad of wanprestatie.
Uit rechtspraak blijkt dat er van een tegenstrijdig belang sprake is indien:
“hij [een bestuurder/toezichthouder - DB] door de aanwezigheid van een persoonlijk belang of door zijn betrokkenheid bij een ander met dat van de rechtspersoon niet parallel lopend belang niet in staat moet worden geacht het belang van de vennootschap en de daaraan verbonden onderneming te bewaken op een wijze die van een integer en onbevooroordeeld bestuurder mag worden verwacht”
Omdat dit een open norm is, zal per situatie moeten worden gekeken of er bij bestuurders/toezichthouders belangen zijn die tegenstrijdig (kunnen) zijn aan het belang van de rechtspersoon. In de praktijk zal deze vraag niet altijd makkelijk te beantwoorden zijn.
Gevolgen van de aanwezigheid van een tegenstrijdig belang
De wet verbindt verschillende gevolgen aan de aanwezigheid van een tegenstrijdig belang. Een bestuurder van een NV of BV mag binnen het bestuur niet deelnemen aan de beraadslaging en besluitvorming over het onderwerp waarbij hij een tegenstrijdig belang heeft. Voor commissarissen bij de NV en BV geldt hetzelfde. Bestuurders van verenigingen, coöperaties en onderlinge waarborgmaatschappijen mogen in beginsel hun rechtspersoon niet vertegenwoordigen op het gebied waar zich het tegenstrijdig belang voordoet. Voor bestuurders van een stichting zijn in beginsel geen gevolgen verbonden aan tegenstrijdige belangen, behoudens specifieke sectorale wetgeving.
Overigens staat het ondernemers vrij om af te wijken van de wet. Uitzonderingen of aanvullingen op de wettelijke bepalingen kunnen in de statuten worden opgenomen. Daarnaast kunnen ook sectorale governance codes een regeling aanvullen of verduidelijken. Die codes laten echter vaak de mogelijkheid open om van bepalingen af te wijken.
Belangenverstrengeling in de praktijk
Belangenverstrengeling kan in elke onderneming voorkomen en is geenszins voorbehouden tot besluiten op bestuursniveau. Wees er daarom bewust van dat uit het ondernemingsrecht alleen expliciete bescherming volgt middels het leerstuk ‘tegenstrijdig belang’. Soms kan er achteraf aansprakelijkheid volgen uit andere wettelijke bepalingen, maar dat hangt af van de concrete omstandigheden van het geval. Uiteraard kijken wij graag met u mee naar de mogelijkheden om uw bedrijf te beschermen tegen de schadelijke gevolgen van belangenverstrengeling. Wij nodigen u dan ook graag uit om uw ervaringen met ons te bespreken.