null

Aansprakelijkheid reder voor dood werknemer scheepssloper?

In Londen is een interessante procedure gaande tussen de weduwe van een werknemer van een Bengaals scheepssloop bedrijf (“Begum”) en Maran (UK) Ltd. (“Maran”). De weduwe claimt dat Maran aansprakelijk is voor de dood van de werknemer na een ongeluk tijdens sloopwerkzaamheden en eist een schadevergoeding. Heeft deze claim kans van slagen?

Procedure na overlijden bij sloopwerkzaamheden

De feiten zijn kort de volgende. Maran, een vennootschap uit de groep waarvan de geregistreerde eigenaar van het m.s. “Maran Centaurus” (het “Schip”) deel uitmaakte, was verantwoordelijk voor de verkoop van het Schip aan een cash buyer teneinde te worden gesloopt (de “Verkoop”). De koper van het Schip bracht het naar Bangladesh waar het op een strand werd gesloopt. De echtgenoot van Begum viel op 30 maart 2018 tijdens de sloopwerkzaamheden naar beneden en overleed. Begum startte een procedure tegen Maran in Engeland en claimt schadevergoeding op basis van ongerechtvaardigde verrijking (unjust enrichment) en handelen in strijd met een zorgplicht (duty of care).

Handelen in strijd met een zorgplicht

In een tussenvonnis van 13 juli 2020 oordeelde de Engelse rechter zich bevoegd, wees hij aanspraken op basis van ongerechtvaardigde verrijking af, maar oordeelde hij dat een vordering gebaseerd op handelen in strijd met een zorgplicht een kans van slagen had. De procedure wordt op die basis voortgezet.

Over de vraag hoe kansrijk de vordering van Begum in de aanhangige procedure naar Engels recht is, kan ik niet veel zeggen. Naar Nederlands recht zou een dergelijke actie gebaseerd zijn op onrechtmatig handelen van Begun. Wil een actie slagen, dan moet er naast schade sprake zijn van

1.    een inbreuk op recht of een doen of nalaten in strijd met een wettelijke plicht of hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt,

2.    toerekening naar redelijkheid, en

3.    een rechtens relevant verband tussen die schade en de normschending, waarbij

4.    de norm bovendien moet strekken tot de bescherming van het geschonden belang.

Het voert te ver op al deze elementen diep in te gaan. Maar de volgende factoren lijken in een geval als dit specifiek een rol te spelen:

  • het Schip werd expliciet verkocht om te worden gesloopt;
  • een standaard bepaling in dit soort verkoopovereenkomsten, en ook in dit geval, is dat het Schip verkocht zou worden aan een werf die will perform the demolition and recycling of the vessel […] in accordance with good health and safety working practice; en
  • het is algemeen erkend dat de werkomstandigheden op deze “strand”-sloperijen (waaronder de onderhavige) zeer gevaarlijk zijn en dat er op dit soort sloperijen met grote regelmaat (dodelijke) ongelukken gebeuren.

Internationale regelgeving voor de recycling van schepen

Juist ter beteugeling van dit soort gevaren is er internationale regelgeving tot stand gekomen: het Verdrag van Hong Kong van 2009 betreffende recycling van schepen (het “Verdrag”), en EU-Richtlijn 1257/2013 inzake scheepsrecycling (de “Richtlijn”). Verdrag en Richtlijn geven onder meer allerlei voorschriften voor veilige werkomstandigheden en bepalen dat schepen slechts bij goedgekeurde sloperijen mogen worden gesloopt; geen van de strand-sloperijen in Bangladesh en Pakistan voldoet daaraan. Het Verdrag is echter nog niet in werking, en de Richtlijn was ten tijde van het contracteren met de sloopwerf en het ongeval nog niet van toepassing (ingangsdatum 30 december 2018). Bovendien betreffen Richtlijn en Verdrag alleen schepen met de vlag van een EU/lid Staat. Maar al zijn Verdrag en Richtlijn nog niet van kracht en betreffen deze “slechts” schepen met de vlag van lidstaten, regels als daarin neergelegd kunnen wel degelijk een rol spelen bij de invulling van de zorgplicht indien ze geheel of gedeeltelijk beschouwd kunnen worden als geldende rechtsbeginselen.

Kans van slagen

In dit geval is het zeer wel denkbaar dat wordt geoordeeld dat Maran wetenschap had dat het Schip op een strand-sloperij in Bangladesh of Pakistan terecht zou komen. Dit is gebaseerd op de prijs van de Verkoop en op het feit dat, gelet op de grootte van het Schip, het alleen bij dit soort sloperijen gesloopt kan worden. Als dat inderdaad wordt aangenomen, komt aansprakelijkheid van de aanbesteder tot sloop al snel dichter bij, gelet op de erbarmelijke werkomstandigheden enerzijds, en erkende rechtsbeginselen dat een veilige werkomgeving moet worden geboden anderzijds.

Hoewel uiteraard allerlei andere factoren een rol spelen, denk ik dat een actie als de onderhavige naar Nederlands recht zeker kans van slagen zou hebben.