De werkgever kan op grond van artikel 7:669 lid 3 sub a van het Burgerlijk Wetboek (BW), de a-grond, een arbeidsovereenkomst beëindigen wegens bedrijfseconomische redenen. In de Ontslagregeling en de daarop gebaseerde Uitvoeringsregels Ontslag om bedrijfseconomische redenen van het UWV staan de voorwaarden waaraan een ontslagaanvraag door bedrijfseconomische redenen moet voldoen en welke documenten daarbij meegezonden moeten worden. Een van de voorwaarden voor deze ontslagaanvraag is een juiste toepassing van het afspiegelingsbeginsel.
Ontslagvolgorde
Bij een beëindiging van de arbeidsovereenkomst door bedrijfseconomische redenen is de werkgever niet vrij in de keuze van de werknemers die voor ontslag worden aangedragen. Het afspiegelingsbeginsel stelt regels voor het bepalen van de volgorde van ontslag bij het vervallen van arbeidsplaatsen door bedrijfseconomische redenen.
Op grond van het afspiegelingsbeginsel moeten de werknemers met uitwisselbare functies worden ingedeeld in vijf leeftijdscategorieën. De werknemers komen vervolgens naar verhouding tussen deze categorieën in aanmerking voor ontslag. Per categorie wordt de werknemer met het kortste dienstverband bij de werkgever het eerst ontslagen. Het afspiegelingsbeginsel moet ervoor zorgen dat de leeftijdsopbouw binnen een functie na een ontslagronde zoveel mogelijk gelijk blijft.
Toepassen afspiegelingsbeginsel
Het afspiegelingsbeginsel moet stapsgewijs als volgt worden toegepast.
Stap 1: vaststellen bedrijfsvestiging
Eerst moet worden vastgesteld wat de ‘bedrijfsvestiging’ van de werkgever is waarbinnen de ontslagen vallen. Onder ‘bedrijfsvestiging’ wordt verstaan: elk in de maatschappij als zelfstandige eenheid optredend organisch verband.
Stap 2: vaststellen personeelsbestand op peildatum
De werkgever moet het volledige personeelsbestand van de bedrijfsvestiging opsturen. Dit personeelsbestand mag de werkgever pas opstellen nadat de werknemers op de hoogte zijn gesteld over het verval van de arbeidsplaatsen.
Stap 3: vaststellen uitwisselbare functies
Het afspiegelingsbeginsel moet worden toegepast binnen uitwisselbare functies. Uitwisselbare functies zijn functies die met elkaar vergelijkbaar zijn wat betreft de inhoud van de functie en de voor de functie vereiste kennis, vaardigheden en competenties. Ook het niveau van de functies en de bij de functies behorende beloning moeten gelijkwaardig zijn.
Al deze factoren behoren in onderlinge samenhang te worden beoordeeld. Deze beoordeling geschiedt op basis van de functiebeschrijvingen en de wijze waarop de functie in de praktijk wordt uitgeoefend. Het is een vergelijking tussen de functies op basis van de werkelijke inhoud ervan. Het gaat om de functie, niet om de werknemer als individu.
Stap 4: vaststellen AOW-gerechtigden en flexibele arbeidskrachten
De arbeidsplaatsen die als eerste komen te vervallen, zijn de arbeidsplaatsen die worden vervuld door medewerkers die de AOW-gerechtigde leeftijd hebben bereikt. Daarnaast komen de flexibele medewerkers, zoals uitzendkrachten, gedetacheerden en werknemers met een nulurencontract voor ontslag in aanmerking.
Stap 5: leeftijdscategorieën
Als het ontslag van de onder stap 4 genoemde werknemers nog niet voldoende is, worden alle andere werknemers met uitwisselbare functies onderverdeeld in de volgende leeftijdscategorieën: 15 t/m 24 jaar, 25 t/m 34 jaar, 35 t/m 44 jaar, 45 t/m 54 jaar en 55 jaar t/m AOW-gerechtigden.
Stap 6: vaststellen noodzakelijke inkrimping
Per leeftijdsgroep moeten naar rato evenveel werknemers afvloeien om de leeftijdsopbouw zoveel mogelijk in tact te houden. Dit moet per uitwisselbare functie berekend worden.
Stap 7: verloop binnen 6 maanden
De personeelsinkrimping moet vervolgens nader bepaald worden door het selecteren van werknemers die binnen 6 maanden en na de indiening van de ontslagaanvraag hoe dan ook zouden vertrekken. Denk aan een werknemer met een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd die binnen 6 maanden van rechtswege eindigt of werknemers die binnen deze termijn met pensioen gaan.
Stap 8: vaststelling individuele werknemers
Vervolgens komen de werknemers per leeftijdscategorie met het kortste dienstverband als eerste voor ontslag in aanmerking.
10%-talentregeling
Afwijken van de regels van het afspiegelingsbeginsel is slechts onder strikte voorwaarden mogelijk. Deze afwijkingsmogelijkheid heet de 10%-talentregeling, die is neergelegd in artikel 16 van de Ontslagregeling.