null

Letselschade in het personenvervoer. Wie is aansprakelijk?

Een passagier in een lijnbusdienst van RET komt vlak voor de halte waar hij wil uitstappen ten val in de bus en breekt zijn heup. Een langszij geroepen ambulance reageert op een bericht van de 112 meldkamer dat de oorzaak van de val een noodstop van de bus zou betreffen toen de passagier wilde uitchecken. De passagier spreekt RET aan voor zijn letselschade. De RET probeert zich met een drieledig verweer onder aansprakelijkheid uit te wurmen.

Geen ongeval in de zin van art. 8:105 Burgerlijk Wetboek

Volgens dat artikel is de vervoerder aansprakelijk voor dood of letsel van een reiziger ten gevolge van een ongeval dat in verband met en tijdens het vervoer aan de reiziger is overkomen. Volgens RET was het geen ongeval maar een “voorval”: de passagier was opgestaan in de aanloop naar de halte maar zelf gestruikeld. Op basis van genoemd bericht van de meldkamer (indirect afkomstig van de buschauffeur) en verklaringen van de partijen is de Rechtbank van mening dat het weldegelijk een ongeval in de zin van genoemd artikel betrof. Weliswaar kon niet vastgesteld worden dat de chauffeur een noodstop had gemaakt (de bus reed op een vrije busbaan) maar wel dat de passagier door het remmen van de bus ten val was gekomen.

RET mag zich beroepen op “vervoersovermacht”

Aansprakelijkheid kan worden opgeheven als de vervoerder bewijst dat hij als zorgvuldig vervoerder het ongeval niet heeft kunnen vermijden en de gevolgen niet heeft kunnen verhinderen (lid 2 van genoemd artikel). Ook dat anker kan RET niet baten: van een zorgvuldig handelend buschauffeur mag verwacht worden dat hij bij het naderen van een halte niet alleen let op het overige verkeer en passagiers die bij de halte staan te wachten om op te stappen maar ook op passagiers in de bus die in het gangpad staan of lopen. Het is immers bekend dat passagiers vaak al opstaan bij het naderen van een halte en daar had de chauffeur rekening mee moeten houden. Ook had hij die passagiers via de intercom moeten waarschuwen om te blijven zitten totdat de bus stil zou staan maar RET kon niet hardmaken dat deze standaardinstructie in dit geval ook uitgevoerd was door de chauffeur. RET komt dus ook geen beroep toe op vervoerdersovermacht.

Eigen schuld van de passagier

Op grond van art. 8:109 lid 1 BW kan de vervoerder ook geheel of gedeeltelijk van aansprakelijkheid worden ontheven als hij bewijst dat schuld of nalatigheid van de reiziger de schade heeft veroorzaakt of daaraan heeft bijgedragen. Hier weet RET 20% van haar aansprakelijkheid af te knabbelen: het betrof een passagier op leeftijd die met de beste bedoelingen was opgestaan voordat de bus stilstond bij de halte (“ik heb wat meer tijd nodig om de uitgang te nemen en ik wilde dat de bus zonder vertraging zijn weg kon vervolgen”). De Rechtbank is echter van mening dat hij zijn eigen veiligheid voorop had moeten stellen en had moeten blijven zitten totdat de bus tot stilstand was gekomen. Niet gesteld of gebleken was dat de chauffeur hem onvoldoende tijd zou gunnen om veilig op te staan, naar de uitgang te lopen en uit te stappen.

Eigen gedrag heeft invloed op aansprakelijkheid

Blijf dus zitten waar je zit totdat de bus (of tram of metro) helemaal stilstaat want het eigen gedrag kan van invloed zijn op de vrij strikte aansprakelijkheid van een personenvervoerder en de geleden schade. Dat is overigens meer de zorg van de verzekeraar van de reiziger want die zal in de meeste gevallen de schade van de reiziger moeten vergoeden onder een ongevallenpolis en dat weer op de personenvervoerder moeten zien te verhalen.