Werkgever aansprakelijk voor schade bij grensoverschrijdend gedrag
Een werkgever kan aansprakelijk zijn voor de schade die een werknemer lijdt als gevolg van grensoverschrijdend gedrag op het werk. De werkgever is op grond van artikel 7:658 van het Burgerlijk Wetboek verplicht om zorg te dragen voor een veilige en gezonde werkomgeving door zodanige maatregelen te nemen en instructies te geven als redelijkerwijs nodig is om te voorkomen dat een werknemer in de uitoefening van diens werkzaamheden schade lijdt. Daarbij moet niet alleen acht worden geslagen op fysiek onveilige arbeidsomstandigheden, maar ook op psychosociale arbeidsbelasting. Van een werkgever wordt verwacht dat deze de werkzaamheden op een zodanige wijze organiseert dat de kans dat een werknemer tijdens de uitvoering van de werkzaamheden schade lijdt als gevolg van grensoverschrijdend gedrag, zoveel mogelijk wordt beperkt als in redelijkheid van de werkgever kan worden gevergd.
Beleid noodzakelijk
De werkgever die niet aan deze strenge zorgplicht voldoet, bijvoorbeeld omdat de werkgever geen beleid op dit terrein heeft ontwikkeld, klachten niet serieus heeft genomen of onvoldoende daadkrachtig heeft opgetreden, is op grond van artikel 7:658 lid 2 van het Burgerlijk Wetboek aansprakelijk voor alle schade die een werknemer als gevolg van het grensoverschrijdend gedrag lijdt. Zo oordeelde het Gerechtshof Amsterdam op 16 maart 2021 dat de werkgever, een schouwburg, aansprakelijk was voor de (nader op te maken) schade die een werkneemster had geleden als gevolg van seksuele intimidatie door een collega omdat de werkgever (i) niet beschikte over een RI&E en plan van aanpak op dat gebied en (ii) niet adequaat had opgetreden na diverse klachten van seksuele intimidatie door na te laten om een onderzoek in te stellen.
Werkgever zorgt voor onveilige werkomgeving oordeelt de kantonrechter
Maar ook in een recente uitspraak werd door de Rechtbank Rotterdam het grensoverschrijdende handelen van een directeur aan de werkgever toegerekend. Dit resulteerde in een aanzienlijke aan de werknemer te betalen billijke vergoeding. De kantonrechter oordeelde dat de werkgever had gezorgd voor een onveilige werkomgeving. Het verweer van de werkgever dat de gedragingen van de directeur moesten worden losgekoppeld van de rechtspersoon werkgever werd verworpen. De werkgever miskende hiermee bovendien de ernst van de situatie. Het is immers juist bij uitstek de directeur die het beleid binnen de onderneming bepaalt en heeft zorg te dragen voor een veilige werkomgeving. Dat sprake was van een onveilige werkomgeving, zo niet een ziekmakende bedrijfscultuur, bleek ook uit de omstandigheid dat niet alleen werknemer, maar ook andere werknemers dit als zodanig hadden ervaren. Dit alles achtte de kantonrechter dermate ernstig dat sprake was van ernstig verwijtbaar handelen en nalaten door de werkgever. De kantonrechter kende de werknemer daarom een billijke vergoeding toe van EUR 50.000. Een blog over deze uitspraak vindt u hier.